fbpx

Het is alweer een tijdje geleden dat ik een traantje heb gelaten om mijn vier miskramen, het is al een tijd geleden en ik heb ze ook verwerkt door middel van de miskraamverwerkingssessie die ik ook zelf heb gehad (en nu zelf aanbied). Waarom dan toch nu weer dat traantje? Omdat ik zag dat Mariette Goddijn (Professor in Reproductive Medicine, Amsterdam UMC) een bericht deelde waarin staat dat er nog veel te winnen valt op het gebied van het achterhalen van oorzaken en vooral ook het voorkomen van herhaalde miskramen.

Dat raakte me, omdat ook ik steeds te horen kreeg: pech, volgende keer beter. En dat mijn gevoel zei: ik geloof niet dat al deze vier embryo’s niet in staat waren door te groeien door een defect in het embryo zelf. Ik voelde aan alles dat er meer aan de hand was en dat wilde ik uitzoeken. Na bloedonderzoek vertelden ze mij dat er weliswaar een verhoogde bloedstollingswaarde was, maar dat het niets te maken had met de miskramen. Eerst nam ik dat aan, het was immers een arts en die weet het toch? Maar langzaamaan ging ik zelf op onderzoek uit en het bleek wel degelijk een probleem te kunnen vormen bij een zwangerschap. Ik heb er op gestaan dat ik bloedverdunners mocht gebruiken en toen ik zwanger werd bleek dat te werken: geen miskramen meer.

Toen ik het bericht las dat er nieuw onderzoek (uit het Verenigd Koninkrijk) is dat aantoont dat het loont om een aantal veelvoorkomende oorzaken van (herhaalde) miskramen beter te onderzoeken, maakte mij dat verdrietig om de vrouw die ik toen was. Die de hulp niet kreeg aangeboden en eigenlijk die miskramen mee moest maken terwijl dat niet had hoeven gebeuren.

Het maakt me ook blij omdat ik verwacht dat door deze nieuwe inzichten minder vrouwen (en hun partner) hoeven mee te maken wat ik en velen met mij hebben meegemaakt. De les die ik heb geleerd  en graag aan jou wil meegeven: denk zelf mee, een arts weet niet alles, een arts heeft protocollen waarmee ze werken en die zijn tot op heden niet (genoeg) ingericht op onderzoek van de oorzaak van een miskraam.

Daar komt nu verandering in! Maar mijn tip aan jou is (als je miskramen hebt gehad of als je dit zal moeten meemaken): weet welke onderzoeken er gedaan kunnen worden!

Ik zet het het belangrijkste even op een rijtje voor je, als je meer info wil, dan kun je het onderzoek nalezen op https://www.thelancet.com/journals/lancet/article/PIIS0140-6736(21)00681-4/fulltext

De essentiële onderzoeken omvatten (even Googlen!):

  • metingen van lupus-anticoagulans
  • anticardiolipine-antilichamen
  • schildklierfunctie
  • een transvaginale echografie van het bekken

De belangrijkste behandelingen die moeten worden overwogen, zijn:

  • toediening van progesteron in het eerste trimester
  • levothyroxine bij vrouwen met subklinische hypothyreoïdie
  • de combinatie van aspirine en heparine bij vrouwen met antifosfolipidenantistoffen

Ook het belang van psychosociale hulpverlening wordt benoemd, het verwerken van een miskraam is een onderdeel van het proces dat heel belangrijk is om verder te kunnen. Dat is precies de reden dat een miskraamverwerkingssessie aanbied vanuit Zo graag een Baby (online en in mijn praktijk), zie www.zograageenbaby.nl/miskramen . Daarmee wordt het verdriet lichter, geef je de miskraam en het kindje dat er niet kwam een plek.

Ook voor mannen is het een heftig life-event. Hoe steun je je partner? En wat doet het met jou zelf? De man heeft immers ook een kinderwens die niet uitkomt. Speciaal voor mannen heeft Bas Janse een platform opgericht: De vergeten vader. Een plek waar mannen met elkaar kunnen delen hoe zij de miskraam ervaren en waar tips worden gedeeld hoe ermee te dealen en er voor je partner te zijn. Check vooral even zijn website: www.devergetenvader.nl.

Liefs Nina

Ps. Ik heb een samenvatting van het begeleidende artikel in The Lancet alvast voor je door de Google vertaler (dus let niet op de kwaliteit!) gehaald, dat lees je hieronder.

Vertaling artikel herhaalde miskramen in The Lancet:

Wereldwijd komen er elk jaar naar schatting 23 miljoen miskramen voor. Ondanks de persoonlijke tol die ermee gemoeid is, worden veel miskramen – gedefinieerd als het verlies van zwangerschap vóór de levensvatbaarheid – relatief geïsoleerd beheerd. Privé verdriet en misvattingen – bijvoorbeeld de overtuiging dat een miskraam kan worden veroorzaakt door het tillen van zware voorwerpen, of dat er geen effectieve behandelingen zijn – kunnen ertoe leiden dat vrouwen en hun partners zich schuldig voelen of alleen kunnen handelen. Evenzo heeft in het gezondheidszorgsysteem en de bredere samenleving de voortdurende overtuiging dat miskramen onvermijdelijk zijn en de eis, vastgelegd in veel nationale richtlijnen, dat vrouwen herhaalde miskramen moeten hebben voordat ze in aanmerking komen voor onderzoek of interventie, een doordringende houding van acceptatie gecreëerd. van een miskraam, waarbij vrouwen worden aangespoord om “gewoon opnieuw te proberen”. Deze mentaliteit onderschat de persoonlijke fysieke en mentale gevolgen van een miskraam en loopt het risico deze te verwerpen. Het heeft ook invloed gehad op de beschikbaarheid en kwaliteit van de zorg die vrouwen krijgen na een miskraam en geeft niet nauwkeurig het bewijs over het management weer. Een nieuwe serie van drie artikelen gepubliceerd in The Lancet bespreekt dit bewijs over miskraam en bestrijdt veel misvattingen. De auteurs, Siobhan Quenby, Arri Coomarasamy en collega’s, roepen op tot een volledige heroverweging van het verhaal rond een miskraam en een uitgebreide herziening van de medische zorg en advies voor vrouwen met een miskraam.

Miskraam komt vaak voor en treft een op de tien vrouwen tijdens hun leven. De serie beschrijft duidelijke risicofactoren voor een miskraam: toenemende leeftijd (zowel bij mannen als bij vrouwen), body-mass index en zwarte etniciteit. Alcohol, roken, luchtverontreiniging, pesticiden, aanhoudende stress en nachtdiensten hebben ook een verband met een miskraam. Voor vrouwen met vroege zwangerschapsbloeding en een voorgeschiedenis van miskramen, concludeert de serie dat er bewijs van hoge kwaliteit is dat aantoont dat vaginaal gemicroniseerd progesteron de geboortecijfers verhoogt. Als deze behandeling niet succesvol is, moeten alle zorgverleners in staat zijn miskramen afwachtend te behandelen, medisch met mifepriston en misoprostol, en operatief met handmatige vacuümaspiratiekits. Het aanbieden van deze interventies moet prioriteit krijgen in alle situaties, ook in lage- en middeninkomenslanden, waar ze vaak niet beschikbaar zijn.

Hoewel de meeste vrouwen die een miskraam hebben, een baby zonder complicaties op de lange termijn zullen dragen, wordt een eerdere miskraam geassocieerd met een hoger risico op vroeggeboorte, foetale groeirestrictie en andere obstetrische complicaties bij volgende zwangerschappen. Eerdere miskraam wordt ook in verband gebracht met een hoger risico op langdurige gezondheidsproblemen voor vrouwen, waaronder hart- en vaatziekten, veneuze trombo-embolie en mentale gezondheidscomplicaties. Deze associaties dagen de overtuiging uit dat een miskraam een ​​enkele gebeurtenis is zonder bredere repercussies, en de serie geeft een meer genuanceerd en geleidelijk inzicht in een miskraam, die al lang geleden had moeten worden.

De auteurs van de serie stellen een gegradueerd zorgmodel voor, waarbij vrouwen na één miskraam hun gezondheidsbehoeften moeten laten evalueren en informatie en begeleiding moeten krijgen om toekomstige zwangerschappen te ondersteunen. Als er een tweede miskraam optreedt, moeten vrouwen een afspraak krijgen in een miskraamkliniek voor een volledig bloedbeeld en schildklierfunctietesten en moeten ze extra ondersteuning en vroege scans krijgen voor geruststelling bij eventuele volgende zwangerschappen. Na drie miskramen moeten aanvullende tests worden aangeboden, waaronder genetische tests en een bekkenecho. Dit model vertegenwoordigt een substantiële stap weg van het huidige gefragmenteerde zorgsysteem, met barrières voor toegang, en weerspiegelt beter de belangrijke mentale en fysieke gebeurtenis die een miskraam voor veel mensen is. Herziening van het bewijsmateriaal over een miskraam laat echter zien dat de lage prioriteit die aan een miskraam wordt verleend, heeft geresulteerd in een tekort aan hoogwaardige epidemiologie en proeven voor beheer en preventie die beschikbaar zouden moeten zijn als leidraad voor de praktijk en richtlijnen. Dit geldt vooral in omgevingen met een laag inkomen, waar de meeste miskramen voorkomen.

Een te lange miskraam is tot een minimum beperkt en vaak afgewezen. Het uitblijven van medische vooruitgang zou schokkend moeten zijn. In plaats daarvan is er een alomtegenwoordige acceptatie. Niet alle miskramen kunnen worden vermeden, maar de verraderlijke implicatie dat een miskraam, net als de reproductieve gezondheidsproblemen van andere vrouwen, waaronder menstruatiepijn en menopauze, moet worden behandeld met minimale medische tussenkomst, is ideologisch en niet gebaseerd op bewijs. Deze serie zou een grote focus op miskraam moeten stimuleren voor de medische onderzoeksgemeenschap, voor dienstverleners en voor beleidsmakers. Het tijdperk van vrouwen vertellen dat ze het ‘gewoon opnieuw moeten proberen’ is voorbij.